Taalgids

nl Stadsbezoek   »   it Visita della città

42 [tweeënveertig]

Stadsbezoek

Stadsbezoek

42 [quarantadue]

Visita della città

Kies hoe u de vertaling wilt zien:   
Nederlands Italiaans Geluid meer
Is de markt zondags geopend? È ap-r-- ----ercato-l- d-me-ic-? È a_____ i_ m______ l_ d________ È a-e-t- i- m-r-a-o l- d-m-n-c-? -------------------------------- È aperto il mercato la domenica? 0
Is de beurs ’s maandags geopend? È ---rt- la --e----l --ne-ì? È a_____ l_ f____ i_ l______ È a-e-t- l- f-e-a i- l-n-d-? ---------------------------- È aperta la fiera il lunedì? 0
Is de tentoonstelling dinsdags geopend? È-a---t- l---p--i-io---il-m-r-edì? È a_____ l____________ i_ m_______ È a-e-t- l-e-p-s-z-o-e i- m-r-e-ì- ---------------------------------- È aperta l’esposizione il martedì? 0
Is de dierentuin ’s woensdags geopend? È--p--t- l--z-- il m-rc-le-ì? È a_____ l_ z__ i_ m_________ È a-e-t- l- z-o i- m-r-o-e-ì- ----------------------------- È aperto lo zoo il mercoledì? 0
Is het museum donderdags geopend? È a---to -l--u----i- -iove-ì? È a_____ i_ m____ i_ g_______ È a-e-t- i- m-s-o i- g-o-e-ì- ----------------------------- È aperto il museo il giovedì? 0
Is de galerie vrijdags geopend? È-a-e-t- -- g--le--- -l-v-ne---? È a_____ l_ g_______ i_ v_______ È a-e-t- l- g-l-e-i- i- v-n-r-ì- -------------------------------- È aperta la galleria il venerdì? 0
Mag men foto’s maken? È --rm---o-----gr-fa-e? È p_______ f___________ È p-r-e-s- f-t-g-a-a-e- ----------------------- È permesso fotografare? 0
Moet men toegang betalen? S--d-ve pag-re------ress-? S_ d___ p_____ l__________ S- d-v- p-g-r- l-i-g-e-s-? -------------------------- Si deve pagare l’ingresso? 0
Wat is de toegangsprijs? Qua--o-co-ta---in-r-s-o? Q_____ c____ l__________ Q-a-t- c-s-a l-i-g-e-s-? ------------------------ Quanto costa l’ingresso? 0
Is er korting voor groepen? C-- -----con-o pe--gr-ppi? C__ u__ s_____ p__ g______ C-è u-o s-o-t- p-r g-u-p-? -------------------------- C’è uno sconto per gruppi? 0
Is er korting voor kinderen? C’è-un----ont---er b--bi-i? C__ u__ s_____ p__ b_______ C-è u-o s-o-t- p-r b-m-i-i- --------------------------- C’è uno sconto per bambini? 0
Is er korting voor studenten? C’- u----co--o--e---tuden--? C__ u__ s_____ p__ s________ C-è u-o s-o-t- p-r s-u-e-t-? ---------------------------- C’è uno sconto per studenti? 0
Wat voor een gebouw is dat? D- ch---difi--o si -ra--a? D_ c__ e_______ s_ t______ D- c-e e-i-i-i- s- t-a-t-? -------------------------- Di che edificio si tratta? 0
Hoe oud is dat gebouw? Q---d- ---tat- -----uit--q--st- -d-fici-? Q_____ è s____ c________ q_____ e________ Q-a-d- è s-a-o c-s-r-i-o q-e-t- e-i-i-i-? ----------------------------------------- Quando è stato costruito questo edificio? 0
Wie heeft dat gebouw gebouwd? Ch- -’-- --------o? C__ l___ c_________ C-i l-h- c-s-r-i-o- ------------------- Chi l’ha costruito? 0
Ik interesseer me voor architectuur. Mi--n--r-s-o-di ------------. M_ i________ d_ a____________ M- i-t-r-s-o d- a-c-i-e-t-r-. ----------------------------- Mi interesso di architettura. 0
Ik interesseer me voor kunst. M- -nter---o-d’-r-e. M_ i________ d______ M- i-t-r-s-o d-a-t-. -------------------- Mi interesso d’arte. 0
Ik interesseer me voor schilderkunst. M- --ter-s-- di---ttu-a. M_ i________ d_ p_______ M- i-t-r-s-o d- p-t-u-a- ------------------------ Mi interesso di pittura. 0

Snelle talen, langzame talen

Wereldwijd zijn er meer dan 6.000 verschillende talen. Ze hebben allemaal dezelfde functie. Ze helpen ons om informatie uit te wisselen. Dit gebeurt bij iedere taal op een verschillende manier. Omdat elke taal zijn eigen regels heeft. Ook de snelheid waarmee gesproken wordt is verschillend. Taalkundigen hebben dat in verschillende studies aangetoond. Korte teksten werden in verschillende talen vertaald. Deze teksten werden vervolgens door moedertaalsprekers hardop voorgelezen. Het resultaat was duidelijk. Japans en Spaans zijn de snelste talen. In deze talen kunnen bijna 8 lettergrepen per seconde worden gesproken. Aanzienlijk langzamer spreken de Chinezen. Zij kwamen alleen maar tot 5 lettergrepen per seconde. De snelheid is afhankelijk van de complexiteit van de lettergrepen. Als de lettergrepen complexer zijn, dan duurt het langer om het uit te spreken. Het Duits bestaat bijvoorbeeld uit drie klanken per lettergreep. Het wordt daarom relatief traag gesproken. Snel praten betekent niet dat er veel gecommuniceerd wordt. Integendeel! Snel gesproken lettergrepen bevatten slechts beperkte informatie. Hoewel de Japanners erg snel spreken, hebben ze weinig inhoud. Het "trage" Chinees drukt echter maar een paar woorden uit. Ook de Engelse lettergrepen bevatten veel informatie. Interessant is dat de onderzochte talen bijna even efficiënt zijn! Dit betekent dat iedereen die langzaam spreekt, meer te vertellen heeft. En degene die sneller spreekt, meer woorden gebruikt. Aan het einde komen ze bijna allemaal op hetzelfde moment aan de finish ...
Wist je dat?
Sloveens behoort tot de Zuid-Slavische talen. Het is de moedertaal van ongeveer 2 miljoen mensen. Ze leven in Slovenië, Kroatië, Servië, Oostenrijk, Italië en Hongarije. Tsjechisch en Slowaaks is met het Sloveens in veel opzichten vergelijkbaar. Ook zijn er veel invloeden uit het Servo-Kroatisch. Hoewel Slovenië een klein land is, zijn er veel verschillende dialecten. De reden is dat het taalgebied op een zeer bewogen geschiedenis moet terugkijken. Dit blijkt ook uit de woordenschat dat veel vreemdtalige termen bevat. Het Sloveens word geschreven met Latijne letters. De grammatica onderscheidt zes gevallen en drie geslachten. Bij de uitspraak zijn er twee officiële geluiden. Eén van deze twee maakt precies de onderscheid tussen de hoge en lage tonen. Een ander kenmerk van de taal is de archaïsche structuur. De Slovenen stonden altijd open voor andere talen. Ze verheugen zich des te meer dat u ook hun hun taal leert!