Taalgids

nl Weekdagen   »   es Los días de la semana

9 [negen]

Weekdagen

Weekdagen

9 [nueve]

Los días de la semana

Kies hoe u de vertaling wilt zien:   
Nederlands Spaans Geluid meer
de maandag e- -u--s e_ l____ e- l-n-s -------- el lunes
de dinsdag e- m-rt-s e_ m_____ e- m-r-e- --------- el martes
de woensdag e--m---co-es e_ m________ e- m-é-c-l-s ------------ el miércoles
de donderdag el --e-es e_ j_____ e- j-e-e- --------- el jueves
de vrijdag e- vie--es e_ v______ e- v-e-n-s ---------- el viernes
de zaterdag e- sáb-do e_ s_____ e- s-b-d- --------- el sábado
de zondag e- do---go e_ d______ e- d-m-n-o ---------- el domingo
de week l- -e-ana l_ s_____ l- s-m-n- --------- la semana
van maandag tot zondag de----e--lu--s---s-- e- --m--go d____ e_ l____ h____ e_ d______ d-s-e e- l-n-s h-s-a e- d-m-n-o ------------------------------- desde el lunes hasta el domingo
De eerste dag is maandag. El pr-me- --a e- el ---es. E_ p_____ d__ e_ e_ l_____ E- p-i-e- d-a e- e- l-n-s- -------------------------- El primer día es el lunes.
De tweede dag is dinsdag. El-----ndo -ía-e- e--ma-tes. E_ s______ d__ e_ e_ m______ E- s-g-n-o d-a e- e- m-r-e-. ---------------------------- El segundo día es el martes.
De derde dag is woensdag. El te--er d-a-es----mié-co-es. E_ t_____ d__ e_ e_ m_________ E- t-r-e- d-a e- e- m-é-c-l-s- ------------------------------ El tercer día es el miércoles.
De vierde dag is donderdag. E--c-ar-- d-- -- -l -ueves. E_ c_____ d__ e_ e_ j______ E- c-a-t- d-a e- e- j-e-e-. --------------------------- El cuarto día es el jueves.
De vijfde dag is vrijdag. E- -ui-to d------e---i-----. E_ q_____ d__ e_ e_ v_______ E- q-i-t- d-a e- e- v-e-n-s- ---------------------------- El quinto día es el viernes.
De zesde dag is zaterdag. El-se----d-a -- e- -á----. E_ s____ d__ e_ e_ s______ E- s-x-o d-a e- e- s-b-d-. -------------------------- El sexto día es el sábado.
De zevende dag is zondag. El--é-t--o día--s ----o-i---. E_ s______ d__ e_ e_ d_______ E- s-p-i-o d-a e- e- d-m-n-o- ----------------------------- El séptimo día es el domingo.
De week heeft zeven dagen. L- -e-a-a -ie-e s-e-e-día-. L_ s_____ t____ s____ d____ L- s-m-n- t-e-e s-e-e d-a-. --------------------------- La semana tiene siete días.
Wij werken maar vijf dagen. N-so-r-s----os-t----s-lo-t--b--am-s ci--o d--s. N_______ / n_______ s___ t_________ c____ d____ N-s-t-o- / n-s-t-a- s-l- t-a-a-a-o- c-n-o d-a-. ----------------------------------------------- Nosotros / nosotras sólo trabajamos cinco días.

Geplande taal Esperanto

Engels is in de huidige wereld een overheersende taal. Hiermee kunnen alle mensen met elkaar communiceren. Maar ook andere talen willen dit doel bereiken. Bijvoorbeeld geplande talen. Geplande talen worden bewust ontworpen en ontwikkeld Er is ook een plan op grond waarvan ze zijn gebouwd. Voor geplande talen worden elementen uit verschillende talen gemengd. Daarmee moeten ze door zoveel mogelijk mensen worden geleerd. Het doel van elk geplande taal is de internationale communicatie. De meest bekende geplande taal is Esperanto. Het werd voor het eerst in 1887 in Warschau geïntroduceerd. De oprichter was de dokter Ludwik L. Zamenhof. Hij zag communicatieproblemen die de belangrijkste oorzaak voor onvrede was. Daarom wilde hij een volksbindende taal creëren. Hiermee moest iedereen met dezelfde rechten met elkaar praten. Het pseudoniem van de artsen was Dr. Esperanto, de hoop. Dat geeft aan hoeveel hij in zijn droom geloofde. Het idee van dit universele begrip is veel ouder. Tot op heden zijn er veel geplande talen ontwikkeld. Ze verbinden zich ook met doelen, bijvoorbeeld tolerantie en mensenrechten. Esperanto wordt nu door mensen in meer dan 120 landen beheerst. Er is ook kritiek op het Esperanto. 70% van de woordenschat is bijvoorbeeld van Romaanse oorsprong. En verder is Esperanto duidelijk in het Indo-Europees aangegeven. De sprekers gaan op conferenties en in clubs ideeën uitwisselen. Er werden regelmatig bijeenkomsten en lezingen georganiseerd. En, krijgt u ook zin in het Esperanto? Ĉu vi parolas Esperanton? – Jes, mi parolas Esperanton tre bone!
Wist je dat?
Het Amerikaans-Engels is één van de West-Germaanse talen. Net als het Canadees-Engels is het een Noord-Amerikaanse Engelse dialect. Het is de moedertaal van ongeveer 300 miljoen mensen. Daarmee is het de meest gesproken variant van het Engels. Brits-Engels is zeer vergelijkbaar. Mensen van beide varianten kunnen over het algemeen gemakkelijk met elkaar praten. Alleen wanneer beiden in zeer sterk dialect praten zal het gesprek moeilijker worden. Er zijn echter enkele duidelijke verschillen tussen de twee varianten. Deze hebben voornamelijk betrekking op de uitspraak, woordenschat en spelling. In sommige gevallen kunnen ook de grammatica en leestekens verschillen. In vergelijking met het Brits-Engels neemt de betekenis van het Amerikaans-Engels toe. Dit is voornamelijk te wijten aan de grote invloed van de Noord-Amerikaanse film- en muziekindustrie. Deze exporteren hun taal al decennialang over de gehele wereld. Ook India en Pakistan, ooit Britse kolonies, nemen tegenwoordig het Amerikaans over... Leer Amerikaans-Engels, het is de meest invloedrijkste taal ter wereld!