Taalgids
In het restaurant 2 » At the restaurant 2
-
NL
Nederlands
- AR Arabisch
- DE Duits
- EN Engels (US)
- ES Spaans
- FR Frans
- IT Italiaans
- JA Japans
- PT Portugees (PT)
- PT Portugees (BR)
- ZH Chinees (vereenvoudigd)
- AD Adygees
- AF Afrikaans
- AM Amharisch
- BE Belarussisch
- BG Bulgaars
- BN Bengaals
- BS Bosnisch
- CA Catalaans
- CS Tsjechisch
- DA Deens
- EL Grieks
- EO Esperanto
- ET Ests
- FA Perzisch
- FI Fins
- HE Hebreeuws
- HI Hindi
- HR Kroatisch
- HU Hongaars
- HY Armeens
- ID Indonesisch
- KA Georgisch
- KK Kazachs
- KN Kannada
- KO Koreaans
- KU Koerdisch (Kurmanji)
- KY Kirgizisch
- LT Litouws
- LV Lets
- MK Macedonisch
- MR Marathi
- NL Nederlands
- NN Nynorsk
- NO Noors
- PA Punjabi
- PL Pools
- RO Roemeens
- RU Russisch
- SK Slovaaks
- SL Sloveens
- SQ Albanees
- SR Servisch
- SV Zweeds
- TA Tamil
- TE Telugu
- TH Thai
- TI Tigrinya
- TL Tagalog
- TR Turks
- UK Oekraïens
- UR Urdu
- VI Vietnamees
-
EN
Engels (UK)
- AR Arabisch
- DE Duits
- EN Engels (US)
- EN Engels (UK)
- ES Spaans
- FR Frans
- IT Italiaans
- JA Japans
- PT Portugees (PT)
- PT Portugees (BR)
- ZH Chinees (vereenvoudigd)
- AD Adygees
- AF Afrikaans
- AM Amharisch
- BE Belarussisch
- BG Bulgaars
- BN Bengaals
- BS Bosnisch
- CA Catalaans
- CS Tsjechisch
- DA Deens
- EL Grieks
- EO Esperanto
- ET Ests
- FA Perzisch
- FI Fins
- HE Hebreeuws
- HI Hindi
- HR Kroatisch
- HU Hongaars
- HY Armeens
- ID Indonesisch
- KA Georgisch
- KK Kazachs
- KN Kannada
- KO Koreaans
- KU Koerdisch (Kurmanji)
- KY Kirgizisch
- LT Litouws
- LV Lets
- MK Macedonisch
- MR Marathi
- NN Nynorsk
- NO Noors
- PA Punjabi
- PL Pools
- RO Roemeens
- RU Russisch
- SK Slovaaks
- SL Sloveens
- SQ Albanees
- SR Servisch
- SV Zweeds
- TA Tamil
- TE Telugu
- TH Thai
- TI Tigrinya
- TL Tagalog
- TR Turks
- UK Oekraïens
- UR Urdu
- VI Vietnamees
- Koop het boek
-
-
001 - Mensen 002 - Familieleden 003 - Ontmoeten 004 - Op school 005 - Landen en talen 006 - Lezen en schrijven 007 - Getallen 008 - De tijd 009 - Weekdagen 010 - Gisteren – vandaag – morgen 011 - Maanden 012 - Dranken 013 - Activiteiten 014 - Kleuren 015 - Fruit en levensmiddelen 016 - Seizoenen en weer 017 - Rondom het huis 018 - Grote schoonmaak 019 - In de keuken 020 - Small Talk 1 021 - Small Talk 2 022 - Small Talk 3 023 - Vreemde talen leren 024 - Afspraak 025 - In de stad026 - In de natuur 027 - In het hotel – aankomst 028 - In het hotel – klachten 029 - In het restaurant 1 030 - In het restaurant 2 031 - In het restaurant 3 032 - In het restaurant 4 033 - In het station 034 - In de trein 035 - Op het vliegveld 036 - Openbaar vervoer 037 - Onderweg 038 - In de taxi 039 - Autopech 040 - De weg vragen 041 - De weg wijzen 042 - Stadsbezoek 043 - In de dierentuin 044 - ’s Avonds uitgaan 045 - In de bioscoop 046 - In de discotheek 047 - Een reis voorbereiden 048 - Vakantieactiviteiten 049 - Sport / Fitness 050 - In het zwembad051 - Boodschappen doen 052 - In het winkelcentrum 053 - Winkels 054 - Winkelen 055 - Werken 056 - Gevoelens 057 - Bij de dokter 058 - Lichaamsdelen 059 - Op het postkantoor 060 - In de bank 061 - Ordinaalgetallen 062 - Vragen stellen 1 063 - Vragen stellen 2 064 - Ontkenning 1 065 - Ontkenning 2 066 - Possessief pronomen 1 067 - Possessief pronomen 2 068 - groot – klein 069 - nodig hebben – willen 070 - iets leuk vinden 071 - iets willen 072 - iets moeten doen 073 - iets mogen 074 - iets vragen 075 - iets verklaren 1076 - iets verklaren 2 077 - iets verklaren 3 078 - Bijvoeglijke naamwoorden 1 079 - Bijvoeglijke naamwoorden 2 080 - Bijvoeglijke naamwoorden 3 081 - Verleden tijd 1 082 - Verleden tijd 2 083 - Verleden tijd 3 084 - Verleden tijd 4 085 - Vragen – Verleden tijd 1 086 - Vragen – Verleden tijd 2 087 - Verleden tijd van modale werkwoorden 1 088 - Verleden tijd van modale werkwoorden 2 089 - Imperatief 1 090 - Imperatief 2 091 - Bijzinnen met dat 1 092 - Bijzinnen met dat 2 093 - Bijzinnen met of 094 - Voegwoorden 1 095 - Voegwoorden 2 096 - Voegwoorden 3 097 - Voegwoorden 4 098 - Dubbele voegwoorden 099 - Genitief 100 - Bijwoorden
-
- Vorige
- Volgende
- MP3
- A -
- A
- A+
30 [dertig]
In het restaurant 2
30 [thirty]
Kies hoe u de vertaling wilt zien:
Taal en reclame
Reclame is een speciale vorm van communicatie. Het wil contact maken tussen producenten en klanten. Zoals elke vorm van communicatie heeft dit ook een lange geschiedenis. Zelfs in de oudheid werd voor politici of taverne geadverteerd. De taal van de reclame maakt van speciale elementen van de retoriek gebruik. Omdat het een doel heeft, is het dus een geplande communicatie. We moeten ons ervan bewust zijn dat onze belangen gewekt moeten worden. Wij zullen vooral de lust hebben om het product te kopen. De taal van de reclame is dan ook meestal heel eenvoudig. Er worden slechts weinig woorden en simpele slogans gebruikt. Daardoor kan ons geheugen de inhoud goed te onthouden. Bepaalde soorten van woorden zoals bijvoeglijke naamwoorden en superlatieven komen vaak voor. De beschrijving van het product is bijzonder gunstig. Reclame taal wordt vaak als zeer positief gekleurd. Het is interessant om te weten dat de reclame taal altijd door de cultuur wordt beïnvloed. Dit betekent dat de reclametaal ons veel over de samenleving vertelt. Nu domineren in veel landen begrippen als schoonheid en jeugd.
Wist je dat?
Nederlands behoort tot de groep van de West-Germaanse talen. Dit betekent dat het verwant is met het Duits en Engels. Voor ongeveer 25 miljoen mensen is Nederlands de moedertaal. Het merendeel leeft in Nederland en België. Maar ook in Indonesië en Suriname wordt Nederlands gesproken. De reden hiervoor is dat Nederland vroeger een koloniale macht was. Zo vormde het Nederlands ook de basis van verschillende Creoolse talen. Zelfs het Zuid-Afrikaanse Afrikaans is ontstaan uit het Nederlands. Het is het jongste lid van de Germaanse taalfamilie. Karakteristiek voor het Nederlands zijn de vele woorden uit andere talen. Met name de Franse taal heeft zeer grote invloed. Zelfs woorden uit het Duits werden vaak overgenomen. Sinds enkele decennia komen meer en meer Engelse woorden erin voor. Sommigen vrezen dat het Nederlands in de toekomst verdwijnt.
Nederlands behoort tot de groep van de West-Germaanse talen. Dit betekent dat het verwant is met het Duits en Engels. Voor ongeveer 25 miljoen mensen is Nederlands de moedertaal. Het merendeel leeft in Nederland en België. Maar ook in Indonesië en Suriname wordt Nederlands gesproken. De reden hiervoor is dat Nederland vroeger een koloniale macht was. Zo vormde het Nederlands ook de basis van verschillende Creoolse talen. Zelfs het Zuid-Afrikaanse Afrikaans is ontstaan uit het Nederlands. Het is het jongste lid van de Germaanse taalfamilie. Karakteristiek voor het Nederlands zijn de vele woorden uit andere talen. Met name de Franse taal heeft zeer grote invloed. Zelfs woorden uit het Duits werden vaak overgenomen. Sinds enkele decennia komen meer en meer Engelse woorden erin voor. Sommigen vrezen dat het Nederlands in de toekomst verdwijnt.