Taalgids

nl Dranken   »   pl Napoje

12 [twaalf]

Dranken

Dranken

12 [dwanaście]

Napoje

Kies hoe u de vertaling wilt zien:   
Nederlands Pools Geluid meer
Ik drink thee. P-ję herb--ę. P___ h_______ P-j- h-r-a-ę- ------------- Piję herbatę. 0
Ik drink koffie. Pi-- k--ę. P___ k____ P-j- k-w-. ---------- Piję kawę. 0
Ik drink mineraalwater. Pij- w-dę mineraln-. P___ w___ m_________ P-j- w-d- m-n-r-l-ą- -------------------- Piję wodę mineralną. 0
Drink je thee met citroen? P-j--z-he-ba-ę-z -y-ry-ą? P_____ h______ z c_______ P-j-s- h-r-a-ę z c-t-y-ą- ------------------------- Pijesz herbatę z cytryną? 0
Drink je koffie met suiker? P-jes- -a-ę-z--u-r-m? P_____ k___ z c______ P-j-s- k-w- z c-k-e-? --------------------- Pijesz kawę z cukrem? 0
Drink je water met ijs? Pij-s- -o-ę z-lod--? P_____ w___ z l_____ P-j-s- w-d- z l-d-m- -------------------- Pijesz wodę z lodem? 0
Er is hier een feest aan de gang. T- je-- p--yj----. T_ j___ p_________ T- j-s- p-z-j-c-e- ------------------ Tu jest przyjęcie. 0
De mensen drinken champagne. L-dz-e---ją-s---p-n-. L_____ p___ s________ L-d-i- p-j- s-a-p-n-. --------------------- Ludzie piją szampana. 0
De mensen drinken wijn en bier. L-------iją -----i-piw-. L_____ p___ w___ i p____ L-d-i- p-j- w-n- i p-w-. ------------------------ Ludzie piją wino i piwo. 0
Drink je alcohol? Pi-esz--l-o-ol? P_____ a_______ P-j-s- a-k-h-l- --------------- Pijesz alkohol? 0
Drink je whisky? Pi--s- ----ky? P_____ w______ P-j-s- w-i-k-? -------------- Pijesz whisky? 0
Drink je cola met rum? Pijes------ ---u-e-? P_____ c___ z r_____ P-j-s- c-l- z r-m-m- -------------------- Pijesz colę z rumem? 0
Ik houd niet van champagne. N-e-l---ę-szam--n-.-- N-e-c-c-----mpa--. N__ l____ s________ / N__ c___ s________ N-e l-b-ę s-a-p-n-. / N-e c-c- s-a-p-n-. ---------------------------------------- Nie lubię szampana. / Nie chcę szampana. 0
Ik houd niet van wijn. N----u--ę w-na--- N---chc-----a. N__ l____ w____ / N__ c___ w____ N-e l-b-ę w-n-. / N-e c-c- w-n-. -------------------------------- Nie lubię wina. / Nie chcę wina. 0
Ik houd niet van bier. N-- ----ę-p--a--/ N------ę --w-. N__ l____ p____ / N__ c___ p____ N-e l-b-ę p-w-. / N-e c-c- p-w-. -------------------------------- Nie lubię piwa. / Nie chcę piwa. 0
De baby houdt van melk. T- --i--k- --bi -l--o- - T----iec-o-c-c- -leko. T_ d______ l___ m_____ / T_ d______ c___ m_____ T- d-i-c-o l-b- m-e-o- / T- d-i-c-o c-c- m-e-o- ----------------------------------------------- To dziecko lubi mleko. / To dziecko chce mleko. 0
Het kind houdt van chocolademelk en appelsap. T- ----c-o ---i--a--- i---k -a--k-w-- ---- -z--ck- --ce-ka-ao-i s-k jab-k---. T_ d______ l___ k____ i s__ j________ / T_ d______ c___ k____ i s__ j________ T- d-i-c-o l-b- k-k-o i s-k j-b-k-w-. / T- d-i-c-o c-c- k-k-o i s-k j-b-k-w-. ----------------------------------------------------------------------------- To dziecko lubi kakao i sok jabłkowy. / To dziecko chce kakao i sok jabłkowy. 0
De vrouw houdt van sinaasappel- en grapefruitsap. Ta----iet- lu-i-/ -hce so- --ma-a-----y-i---ejpfr-t-wy. T_ k______ l___ / c___ s__ p___________ i g____________ T- k-b-e-a l-b- / c-c- s-k p-m-r-ń-z-w- i g-e-p-r-t-w-. ------------------------------------------------------- Ta kobieta lubi / chce sok pomarańczowy i grejpfrutowy. 0

Tekens als taal

De mens heeft de talen ontwikkeld om te communiceren. Zelfs de doven en slechthorenden hebben hun eigen taal. Dit is de gebarentaal, een taal voor alle dove mensen. Het bestaat uit een combinatie van tekens. Daarmee is het een visuele taal, ofwel "zichtbaar". Wordt de gebarentaal ook internationaal begrepen? Nee, ook bij tekens zijn er verschillende nationale talen. Elk land heeft zijn eigen gebarentaal. En dat wordt door de beschaving van het land beïnvloed. Omdat de taal zich aan de cultuur ontwikkelt. Dat is ook het geval bij niet gesproken taal. Er is echter ook een internationaal gebarentaal. Hun tekens zijn wat ingewikkelder. Toch vergelijkbaar met de nationale gebarentalen. Veel tekens zijn iconisch. Deze zijn op de vorm van de objecten die ze vertegenwoordigen gebaseerd. De meest gebruikte gebarentaal is de American Sign Language. Gebarentalen worden als volwaardige talen erkend. Ze hebben hun eigen grammatica. Deze verschilt van de grammatica in de gesproken taal. Daarom kan men de gebarentaal niet woord voor woord vertalen. Er zijn echter tolken voor de gebarentaal. In de gebarentaal wordt de informatie parallel overgedragen. Dit betekent dat een enkel teken een hele zin kan uitdrukken. ook in de gebarentaal zijn dialecten. Regionale bijzonderheden hebben hun eigen tekens. En elk gebarentaal heeft zijn eigen intonatie en prosodie. Ook bij tekens geldt: Ons accent verraadt onze herkomst!
Wist je dat?
Estisch behoort tot de Fins-Oegrische talen. Het is dus verwant aan het Fins en Hongaars. Overeenkomsten met het Hongaars zijn moeilijk te vinden. Velen denken dat het Estisch vergelijkbaar is met Lets of Litouws. Dat is helemaal verkeerd. Omdat deze beide talen tot een compleet andere taalfamilie behoren. Het Estisch kent geen grammaticaal geslacht. Tussen vrouwelijk en mannelijk wordt niet onderscheiden. Er zijn 14 verschillende gevallen. De spelling van het Estisch is niet erg moeilijk. Het is afhankelijk van de uitspraak. Dit kan men oefenen met een moedertaalspreker. Wie Estisch leren wil, heeft discipline en geduld nodig. De Estlanders kijken naar buitenlanders, maar niet zo nauwkeurig op kleine fouten... Ze zijn blij met iedereen die geïnteresseerd is in hun taal!