Taalgids

nl Afspraak   »   sr Састанак

24 [vierentwintig]

Afspraak

Afspraak

24 [двадесет и четири]

24 [dvadeset i četiri]

Састанак

[Sastanak]

Kies hoe u de vertaling wilt zien:   
Nederlands Servisch Geluid meer
Heb je de bus gemist? Ј--- -и пр--ус-и- -----п-ст----а-т-б--? Ј___ л_ п________ / п_________ а_______ Ј-с- л- п-о-у-т-о / п-о-у-т-л- а-т-б-с- --------------------------------------- Јеси ли пропустио / пропустила аутобус? 0
J-si--- p--pu---- - p--p-----a a-t--us? J___ l_ p________ / p_________ a_______ J-s- l- p-o-u-t-o / p-o-u-t-l- a-t-b-s- --------------------------------------- Jesi li propustio / propustila autobus?
Ik heb een half uur op je gewacht. Ч-ка- ------л--с-м -е---л----та. Ч____ / Ч_____ с__ т_ п___ с____ Ч-к-о / Ч-к-л- с-м т- п-л- с-т-. -------------------------------- Чекао / Чекала сам те пола сата. 0
Č---- / Če-ala s-m--e--o---sa--. Č____ / Č_____ s__ t_ p___ s____ Č-k-o / Č-k-l- s-m t- p-l- s-t-. -------------------------------- Čekao / Čekala sam te pola sata.
Heb je geen mobiele telefoon bij je? Н-маш --би--- --д----е? Н____ м______ к__ с____ Н-м-ш м-б-т-л к-д с-б-? ----------------------- Немаш мобител код себе? 0
Nem---m-b--e- ko- s---? N____ m______ k__ s____ N-m-š m-b-t-l k-d s-b-? ----------------------- Nemaš mobitel kod sebe?
Wees volgende keer op tijd! Сл---ћ----- -у-и-та-ан! С______ п__ б___ т_____ С-е-е-и п-т б-д- т-ч-н- ----------------------- Следећи пут буди тачан! 0
Sled-c-i p---b-d- -a--n! S______ p__ b___ t_____ S-e-e-́- p-t b-d- t-č-n- ------------------------ Sledeći put budi tačan!
Neem de volgende keer een taxi! С---ећи п-т -з-и--а--и! С______ п__ у___ т_____ С-е-е-и п-т у-м- т-к-и- ----------------------- Следећи пут узми такси! 0
Sle-eći--ut--z---t-k-i! S______ p__ u___ t_____ S-e-e-́- p-t u-m- t-k-i- ------------------------ Sledeći put uzmi taksi!
Neem de volgende keer een paraplu mee! Сл---ћ- п-т поне-и-ки--бра-! С______ п__ п_____ к________ С-е-е-и п-т п-н-с- к-ш-б-а-! ---------------------------- Следећи пут понеси кишобран! 0
S-e-e--i p-t ---e-- ki--bra-! S______ p__ p_____ k________ S-e-e-́- p-t p-n-s- k-š-b-a-! ----------------------------- Sledeći put ponesi kišobran!
Morgen ben ik vrij. С--р- -ма----о-од-о. С____ и___ с________ С-т-а и-а- с-о-о-н-. -------------------- Сутра имам слободно. 0
S-tra i-am------d--. S____ i___ s________ S-t-a i-a- s-o-o-n-. -------------------- Sutra imam slobodno.
Zullen we morgen afspreken? Хо-ем- л---е-с-т-а -а--ат-? Х_____ л_ с_ с____ с_______ Х-ћ-м- л- с- с-т-а с-с-а-и- --------------------------- Хоћемо ли се сутра састати? 0
H--́-m- -- se---t-- -as--ti? H_____ l_ s_ s____ s_______ H-c-e-o l- s- s-t-a s-s-a-i- ---------------------------- Hoćemo li se sutra sastati?
Het spijt me, maar morgen lukt me niet. Ж---ми-је- сутр---- ---у. Ж__ м_ ј__ с____ н_ м____ Ж-о м- ј-, с-т-а н- м-г-. ------------------------- Жао ми је, сутра не могу. 0
Žao -i-j-, sutra-n------. Ž__ m_ j__ s____ n_ m____ Ž-o m- j-, s-t-a n- m-g-. ------------------------- Žao mi je, sutra ne mogu.
Heb je al plannen voor dit weekend? Има--л---а ова--в--енд -е- -еш-----ан--ан-? И___ л_ з_ о___ в_____ в__ н____ п_________ И-а- л- з- о-а- в-к-н- в-ћ н-ш-о п-а-и-а-о- ------------------------------------------- Имаш ли за овај викенд већ нешто планирано? 0
I-a- -- za --a- -i-en- ---------o--lan--an-? I___ l_ z_ o___ v_____ v__ n____ p_________ I-a- l- z- o-a- v-k-n- v-c- n-š-o p-a-i-a-o- -------------------------------------------- Imaš li za ovaj vikend već nešto planirano?
Of heb je al iets afgesproken? Или--ећ -м-- ----вор---с--та--к? И__ в__ и___ д________ с________ И-и в-ћ и-а- д-г-в-р-н с-с-а-а-? -------------------------------- Или већ имаш договорен састанак? 0
I---ve-́ --aš --g--ore- s---a---? I__ v__ i___ d________ s________ I-i v-c- i-a- d-g-v-r-n s-s-a-a-? --------------------------------- Ili već imaš dogovoren sastanak?
Ik stel voor dat we in het weekend afspreken. П----а-е- да-се -ађем- -а -и-ен-. П________ д_ с_ н_____ з_ в______ П-е-л-ж-м д- с- н-ђ-м- з- в-к-н-. --------------------------------- Предлажем да се нађемо за викенд. 0
P-e-l-ž-m -a -e -ađem------ik--d. P________ d_ s_ n_____ z_ v______ P-e-l-ž-m d- s- n-đ-m- z- v-k-n-. --------------------------------- Predlažem da se nađemo za vikend.
Zullen we gaan picknicken? Х-ће-о -и----п-к-и-? Х_____ л_ н_ п______ Х-ћ-м- л- н- п-к-и-? -------------------- Хоћемо ли на пикник? 0
Ho---m- ----- ---ni-? H_____ l_ n_ p______ H-c-e-o l- n- p-k-i-? --------------------- Hoćemo li na piknik?
Zullen we naar het strand gaan? Х-ћемо -и-се -дв---- д--пла--? Х_____ л_ с_ о______ д_ п_____ Х-ћ-м- л- с- о-в-с-и д- п-а-е- ------------------------------ Хоћемо ли се одвести до плаже? 0
Ho-́e-o--i se od-es-i d---l-že? H_____ l_ s_ o______ d_ p_____ H-c-e-o l- s- o-v-s-i d- p-a-e- ------------------------------- Hoćemo li se odvesti do plaže?
Zullen we naar de bergen gaan? Х--ем---- -ћ- -----н---? Х_____ л_ и__ у п_______ Х-ћ-м- л- и-и у п-а-и-е- ------------------------ Хоћемо ли ићи у планине? 0
Hoc--mo l- ic---- p-ani--? H_____ l_ i__ u p_______ H-c-e-o l- i-́- u p-a-i-e- -------------------------- Hoćemo li ići u planine?
Ik kom je op kantoor ophalen. Д-ћ- ћу--- теб- у---нц--а-и-у. Д___ ћ_ п_ т___ у к___________ Д-ћ- ћ- п- т-б- у к-н-е-а-и-у- ------------------------------ Доћи ћу по тебе у канцеларију. 0
D-----ću-po tebe-- k-nc---r--u. D___ ć_ p_ t___ u k___________ D-c-i c-u p- t-b- u k-n-e-a-i-u- -------------------------------- Doći ću po tebe u kancelariju.
Ik kom je thuis ophalen. Доћ- -у -о--е-е-к-ћ-. Д___ ћ_ п_ т___ к____ Д-ћ- ћ- п- т-б- к-ћ-. --------------------- Доћи ћу по тебе кући. 0
D-ć----- -o t-be k-c-i. D___ ć_ p_ t___ k____ D-c-i c-u p- t-b- k-c-i- ------------------------ Doći ću po tebe kući.
Ik kom je op de bushalte ophalen. Д--и ------т-бе-на аут-б-ск- --а-и--. Д___ ћ_ п_ т___ н_ а________ с_______ Д-ћ- ћ- п- т-б- н- а-т-б-с-у с-а-и-у- ------------------------------------- Доћи ћу по тебе на аутобуску станицу. 0
Do-́- --- -o---be -- a---b--k----ani--. D___ ć_ p_ t___ n_ a________ s_______ D-c-i c-u p- t-b- n- a-t-b-s-u s-a-i-u- --------------------------------------- Doći ću po tebe na autobusku stanicu.

Downloaden MP3 (.zip bestanden)

MP3 Nederlands + Servisch (1-100) MP3 Servisch (1-100)

Tips om vreemde talen te leren

Een nieuwe taal leren is altijd moeilijk. Uitspraak, grammaticaregels en woordenschat vergen veel discipline. Maar er zijn verschillende trucs die het leren gemakkelijk maakt! In de eerste plaats is het belangrijk dat u positief gaat denken. U wordt enthousiast door de nieuwe taal en nieuwe ervaringen! Hoe u gaat beginnen, maakt in principe niet uit. Zoek een onderwerp uit dat u het meest interesseert. Het is zinvol om eerst te concentreren op het luisteren en spreken. Dan het lezen en schrijven van tekst. Verzin een systeem dat past in uw dagelijks leven. Met bijvoeglijke naamwoorden kunt u direct het tegenovergestelde leren. U kunt ook overal in uw huis posters met woordenschat ophangen. Bij sport of in de auto kunt u met audiobestanden leren. Als een bepaald onderwerp u zeer tegenvalt, kunt u er beter mee gaan stoppen. Neem een pauze of leer iets anders! Zo gaat u de lust voor een nieuwe taal niet verliezen. Kruiswoordpuzzels in de nieuw taal oplossen, is ook leuke bezigheid. Films in vreemde talen zorgen voor afwisseling. Als u kranten in vreemde talen gaat lezen, zult u veel leren over het land en zijn volk. Op het internet zijn vele oefeningen beschikbaar die uw boeken goed aanvullen. En zoek vrienden op die ook plezier hebben met taal. Leer nieuwe inhoud niet geïsoleerd maar altijd in context! Herhaal dit alles regelmatig! Zo kunnen uw hersenen het materiaal goed te onthouden. Degene die genoeg van de theorie heeft, moet de koffers pakken! Nergens leert men het meest effectief dan met moedertaalsprekers. Op uw reis kunt u een dagboek van uw ervaringen bijhouden. Het belangrijkste is: Geef nooit op!
Wist je dat?
Koreaans wordt door ongeveer 75 miljoen mensen gesproken. Zij wonen voornamelijk in Noord- en Zuid-Korea. Maar ook in China en Japan zijn er Koreaanse minderheden. Tot welke taalfamilie Koreaans behoort is taalkundig nog steeds niet duidelijk. Dat Korea verdeeld is blijkt ook uit de taal van de twee landen. Zuid-Korea gebruikt bijvoorbeeld veel Engelse woorden. Noord-Koreanen begrijpen deze woorden vaak niet. De standaardtalen van beide landen zijn gebaseerd op het desbetreffende hoofdstaddialect. Een ander kenmerk van de Koreaanse taal is zijn nauwkeurigheid. De taal laat bijvoorbeeld zien welke relatie sprekers met elkaar hebben. Er zijn ook heel veel beleefdheidsvormen en veel verschillende termen voor familieleden. Het Koreaans wordt geschreven met letters. Afzonderlijke letters worden samengevat als lettergrepen in denkbeeldige vierkantjes. Met name interessant zijn de medeklinkers die door hun vorm als afbeeldingen functioneren. Het laat zien wat de positie van de mond, tong, gehemelte en keel tijdens het spreken is.