Woordenlijst

Leer werkwoorden – Tsjechisch

cms/verbs-webp/120220195.webp
prodávat
Obchodníci prodávají mnoho zboží.
verkopen
De handelaren verkopen veel goederen.
cms/verbs-webp/103797145.webp
najmout
Firma chce najmout více lidí.
aannemen
Het bedrijf wil meer mensen aannemen.
cms/verbs-webp/59066378.webp
všímat si
Musíš si všímat dopravních značek.
opletten
Men moet opletten voor de verkeerstekens.
cms/verbs-webp/32180347.webp
rozebrat
Náš syn všechno rozebírá!
uit elkaar halen
Onze zoon haalt alles uit elkaar!
cms/verbs-webp/79046155.webp
opakovat
Můžeš to prosím opakovat?
herhalen
Kun je dat alstublieft herhalen?
cms/verbs-webp/128159501.webp
míchat
Různé ingredience je třeba míchat.
mengen
Verschillende ingrediënten moeten worden gemengd.
cms/verbs-webp/111615154.webp
odvézt
Matka odveze dceru domů.
terugrijden
De moeder rijdt met de dochter terug naar huis.
cms/verbs-webp/102631405.webp
zapomenout
Nechce zapomenout na minulost.
vergeten
Ze wil het verleden niet vergeten.
cms/verbs-webp/86064675.webp
tlačit
Auto se zastavilo a muselo být tlačeno.
duwen
De auto stopte en moest geduwd worden.
cms/verbs-webp/5135607.webp
vystěhovat se
Soused se vystěhuje.
verhuizen
De buurman verhuist.
cms/verbs-webp/115207335.webp
otevřít
Trezor lze otevřít tajným kódem.
openen
De kluis kan worden geopend met de geheime code.
cms/verbs-webp/57574620.webp
roznášet
Naše dcera roznáší během prázdnin noviny.
bezorgen
Onze dochter bezorgt kranten tijdens de vakantie.